Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
prüfungsvokabeln havo5 ant
› 0
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
prüfungsvokabeln havo5 ant
hoofdstuk 0
Jaar 5 (havo)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
ablehnen = afwijzen ablenken = afleiden abwahlen = wegstemmen, laten vallen ahneln = lijken op ahnlich = soortgelijk, gelijk alle sein = op zijn allenfalls = hooguit, misschien allerdings, freilich = zeer zeker, beslist allerdings, freilich zwar = weliswaar, echter allmählich = langzamerhand, geleidelijk anfällig sain für = vastbaar zijn voor, gevoelig zijn voor angeblich = zogenaamd angehen = aanpakken angesichts = met het oog op anregen = inspireren, aanzetten tot anreizen = aansporen, stimuleren ansiedeln = vestigen anspruchslos = bescheiden anspruchsvoll = veeleisend anständig = fatsoenlijk anstatt, statt = in de plaats van Anzeige erstatten = aangifte doen aufdecken = onthullen aufgeschlossen = open, openstaand aufschliessen = openen, opendoen aufwändig = duur, kostbaar aufwedig = duur, kostbaar aufweisen = op iets wijzen, vertonen, laten zien ausblenden = laten verdwijnen, uitschakelen das Abitur = het eindexamen das Abkommen = akkoord, afkomst das Alter = de leeftijd das Lenkrad = het stuur der Abiturient = eindexamenkandidaat der Absatz = de alinea der Anreiz = de aansporing, de stimulans, de motivatie der Anspruch = de aanspraak, het recht der Anstand = het fatsoen der Anwalt = de advocaat der Aufwand = de kosten, de uitgaven der Ausbau = de vergroting, de uitbereiding der Satz = de zin die Abrustung = de ontwapening die Absicht = de bedoeling die Aktien = aandelen die Aktiengesellschaft = de NV die Ansicht = de mening, de opvatting die Anzeige = de aangifte, de advertentie die Art = de soort, de manier die Aufklärung = de voorlichting die Ausbildung = de opleiding die Schlagzeile = de krantenkoppen die Siedlung = de wijk, de nederzetting die Zeile = de regel einzigartig = uniek nah = dichtbij Schlagzeile machen = opzien baren sich annähern = naderen sich ansiedeln = zich vestigen sich anstrengen = zich inspannen sich aufklären = duidelijk worden ergänzen = aanvullen (einen) Bovk auf etwas haben = ergens zin in hebben asserdem, überdies, darüber hinaus = bovendien ausgleichen = vereffenen, compenseren auslösen = veroorzaken ausser = behalve ausstellen = tentoonstellen auswerten = evalueren beanstanden = kritiseren bedauern = betreuren bedeuten = betekenen beeinträchtigen = benadelen befürworten = bepleiten begründen = motiveren beharren = volharden behaupten = beweren belgen = aantonen, bewijzen beobachten = observeren beraten = adviseren berücksichtgen = rekening houden met beschäftigen = in dienst hebben bescheiden wissen = goed op de hoogte zijn beschleunigen = versnellen beschönigen = goedpraten beseitigen = uit de weg ruimen bestätigen = bevestigen betonen = benadrukken betrachten = beschouwen beträchtlich = aanzienlijk betreuen = verzorgen bettln = bedelen bevor, ehe = voor(dat) bevorstehen = op komst zijn bewältigen = onder de knie krijgen bewerten = beoordelen beziehungsweise = respectievelijk bisher, bislang = tot dusverre, tot nu toe brauchen = nodig hebben dafür, dagegen, hingegen = daarentegen daher, darum, deshalb = daarom damals = destijds damit = daarmee, opdat darstellen = beschrijven das Bedauern = de spijt das Beharren = de volharding das Bundesverfassungsgericht = het constitioneel gerechtshof das Darlehen = de lening das Dasein = het bestaan das Denkmal = het moment das Elend = de ellende das Erbebnis = het resultaat das Ereignis = de gebeurtenis das Mahnmal = het gedenkteken dat als waarschuwing is bedoeld dauern = duren dauernd, förtwährend, stetig = voortdurend dedürfen = nodig hebben deftig = stevig demnach = dus dennoch = toch der Austausch = de uitwisseling der befund = de bevinding der Beleg = het bewijs der bereich = het gebied der Bildungsminister = de minister van onderwijs der Brauch = het gebruik der Buchstabe = de letter der Durchschnitt = het gemiddelde der Ein klang = de overeenstemming der Erfolg = het succes der grund = de reden derer = van degenen deuten = duiden, uitleggen die Auseinandersetzung = de uiteenzetting, discussie die Ausnahme = de uitzondering die Aussage = de uitspraak, de verklaring die Ausstellung = de tentoonstelling die Bahn = de trein die Bedeutung = de betekenis die bedingung, die voraussetzung = de voorwaarde die Begeisterung = het enthousiasme die Behörde = de overheid die Beldung = de vorming, het onderwijs die Beratungsstelle = het adviesburau die Beschäftigungspolitiek = de werkgelegenheidspolitiek die Beschränkung = de beperking die Besiehung = de betrekking die Bitte = het verzoek die Botschaft = de ambassade die Brutalität = de grofheid die Bundespolitik = de Duitse politiek die Chance = de kans die darstellenden Künste = de beeldende kunsten die Einbusse = het verlies die Einräumung = de concessie die Einzelheiten = de details die Entferung = de afstand die Entscheidung = de beslissing die enttäusschung - de tereurstelling die Epoche = Het tijdperk die erhebung = de opstand , de enquête die Erkkenntnis = het inzicht die Erkundigung = de inlichting die Folge = het gevolg die Landespolitiek = de politiek van een deelstaat die Wanderausstellung = de rondreziende tentoonstelling diffamieren = belasteren durchaus - in ieder geval egal = om het even ehemalig = voormalig ehemals =vroeger eifersüchtig, neidisch = jaloers einbüssen = verliezen eindeutig = duidelijk einen (den) Bock haben = koppig zijn einfrig = enthousiast einheitlich = uniform einige = enige einleuchtend = verhelderend einräumen = toegeven einschneidend = ingrijpend einschränken = beperken einschüchtern = intimdideren eintreten = naar binnen gaan eintreten für = opkomen voor einzeln = afzonderlijk einzige= einige endgültig = definitief entlassen = ontslaan entscheiden = beslissen entsprechen = beantwoorden aan entsprechend = passend entwerder …. Order = of …. Of epochemachend = opzienbarend erfolgen = plaatsvinden ergeben = opleveren ergründen = doorgronden erhalten = krijgen erheblich = aanzijnlijk erkennen = inzien erkunden = verkennen erlauben, gestatten = toestaan erläutern = toelichten etwas erfinden = iets uitvinden etwas herausfinden = iets ontdekken geschickt = handig ín Bezung auf, in (mit) Beziehung auf = met betrekking tot rücksichtslos = onverbiddelijk rücksichtsvoll = attent sich auseinandersetzen mit = zich grondig bezighouden met sich behaupten = zich handhaven sich bekennen zu = belijden, aanhangen sich bemühen = z'n best doen sich benehmen, sich verhalten, sich betragen = zich gedragen sich beschäftigen mit = zich bezighouden met sich beschränken = zich bepreken sich beschränken auf = zich beperkine tot sich bewerben um = solliciteren naar sich beziehenauf = betrekking hebbn op sich eignen, geeignet sien = geschikt zijn sich empören = in opstand komen sich entfernen = zich verwijderen sich entscheiden = een beslissing nemen sich entziehen = zich ontrekken aan sich ereignen = gebeuren sich ergeben = blijken sich erheben = zich verheffen sich erkundigen = inlichtingen inwinnen sich täuschen , sich irren = zich vergissen täuschen = misleiden tauschen = tuilen warum, weshalb = waarom werben = reclame maken werder …. Noch = noch …. Noch zum Beispiel = bijvoorbeeld
Ingezonden op 30-10-2014 - 665x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!