Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
grandes lignes voca lijsten
› 2 d'accord alle woorden
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
grandes lignes voca lijsten
2 d'accord alle woorden
Jaar 4 (vwo)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
agréable = prettig aimable = vriendelijk au milieu de = midden in chalereux = hartelijk d'après = volgens être à la hauteur de = op het niveau zijn van gentil = aardig la file d'attente = de rij wachtenden la lumière = het licht la nourriture = het eten; het voedsel la trace = het spoor le draguer = de versierder le témoignage = de getuigenis le voyage de noces = de huwelijksreis les soldes (f) = de uitverkoop manquer de = gebrek hebben aan pressé = gehaast spontané = spontaan un accueil = een ontvangst à la fois = tegelijk(ertijd) aménager = inrichten atteindre = bereiken au-dessus de = boven en outre = bovendien en plein air = in de open lucht environ = ongeveer interdire = verbieden; weerhouden l'extérieur (m) = de buitenkant la surface = de oppervlakte la vue = het uitzicht le promeneur = de wandelaar ne ... que = slechts; alleen maar puisque = daar; aangezien réputé = beroemd supporter = (ver)dragen un amateur = een liefhebber un ascenseur = een lift une étoile = een ster circuler = gaan; lopen; rijden dépasser; doubler = inhalen garer; stationner = parkeren la bicyclette; le vélo = de fiets la canicule = de hitte(golf) la circulation = het verkeer la ligne de métro = de metrolijn la route; le chemin = de weg la rue = de straat la station de métro = het metrostation le bouchon = de opstopping; de kurk le camion = de vrachtwagen le croisement = de kruising le moyen de transport = het vervoermiddel le piéton = de voetganger le poids lourd = de vrachtwagen le réseau = het netwerk le véhicule = het voertuig le voyageur = de reiziger les chemins de fer = de spoorwegen marcher = wandelen; lopen rencontrer = ontmoeten se promener = wandelen se tromper = zich vergissen un embouteillage = een opstopping aardig = sympa(thique) als; indien = si bekend = connu beste = le/la meilleur(e) buitenlands = étranger de grootouders = les grands-parents de vierkante meter = le mètre carré duur = cher eerder; liever = plutôt het vriendinnetje = la petite amie hetzij ... hetzij = soit ... soit historisch = historique hoe lang? = combien de temps ? hoog = haut in dat geval = dans ce cas in ieder geval = de toute façon inderdaad = en effet interessant = intéressant klein, groot = petit, grand lang = long meestal = la plupart du temps Nederland = les Pays-Bas nog steeds; altijd = toujours onder; tussen = parmi oud = vieux; ancien sindsdien = depuis speciaal = spécial tijdens; in de tijd van = lors de vooral = surtout aussi bien que = evenals; evenzeer als il m'arrive = het gebeurt dat ik probablement = waarschijnlijk se détendre = zich ontspannen trouver = vinden la solution = de oplossing vécu (vivre) = geleefd (leven); gewoond (wonen) vraiment = werkelijk auparavant = daarvoor de tous les âges = van alle leeftijden entourer = er omheen staan un petit espace = een plekje doordeweeks = en semaine ik heb erover gehoord = j'en ai entendu parler in het weekend = pendant le week-end met skateboarden beginnen = se mettre au skate-board voor je plezier = pour s'amuser hoogachtend = croyez à mes sentiments les meilleurs ik ben van plan om = j'ai l'intention de ik ben zo vrij u te schrijven = je prends la liberté de vous écrire ik wil graag aan de wedstrijd meedoen = j'aimerais participer au concours ik wil graag het concert bijwonen = j'aimerais assister au concert ik wil u het volgende vragen = je voudrais vous demander ce qui suit ik zou graag folders willen ontvangen = j'aimerais recevoir des brochures is het mogelijk mij ... te sturen? = serait-il possible de m'envoyer ... ? kunt u mij ... toesturen? = pourriez-vous m'envoyer ... ? met vriendelijke groeten = mes meilleures salutations
Ingezonden op 07-12-2014 - 1045x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!