Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
derdeklas
› 1 Latijn woorden tekst 22 t/m 27
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
derdeklas
, deel 1
1 Latijn woorden tekst 22 t/m 27
Jaar 3 (Gymnasium)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
Tekst 22: arcessivi=pf van arcessere arcessere=laten komen opus, opera=werk stultus, -a, - um=dom clarus, -a, -um=helder; beroemd vero=inderdaad; echter laudare=prijzen quomodo =hoe utrum … an=of ipse, ipsa, ipsum=zelf virtus, virtutes=dapperheid decet + acc=het past bij; past bij coniungere =verbinden sententia=mening; uitspraak; zin at=maar novi=pf van noscere noscere=te weten komen; leren kennen novisse=weten; kennen dolus=list -ne=vraagwoord Tekst 23: laborare = hard werken serva = slavin ut = zoals ut+pf = zodra iuvat (me) = het doet plezier; het doet me plezier conspicere, conspicio = zien forma = gestalte; schoonheid quamquam = hoewel deficere, deficio = ontbreken mensa = tafel verti = pf van vertere aspexi = pf van aspicere aspicere, aspicio = bekijken; aankijken cuncti, -ae, -a (mv) = alle; allen; alles praeterea = bovendien cum (voegwoord) = wanneer; toen libenter = graag sumpsi = pf van sumere sumere = nemen conspexi = pf van conspicere dives, divit- = rijk possidēre = bezitten nisi = als niet intellegere = begrijpen misericordia = medelijden Tekst 24: qui, quae, quod = welke; die; dat mollis, -e = zacht iuvenis, iuvenes = jongeman sensi = pf van sentire sentire = merken; voelen; menen spernere = afwijzen ultro = uit zichzelf nullus, -a, -um = geen repetere = herhalen ultimus, -a, -um = laatste; uiterste movi = pf van movere condidi = pf van condere condere = stichten; verbergen nusquam = nergens repetivi = pf van repetere cupivi = pf van cupere dubitare = aarzelen; twijfelen inquit = hij zegt; hij zei; zij zegt; zij zei punire = straffen ob +acc = wegens superbia = trots; arrogantie sprevi = pf van spernere imago, imagines = beeld; afbeelding dolor, dolores = pijn; verdriet donec = totdat mutare = veranderen Tekst 25: primus, -a, -um = eerste perficere, perficio = voltooien colligere = verzamelen plenus (+gen) = vol; vol met fundere = gieten; storten lavare = wassen labor, labores = werk; inspanning perpetuus, -a, -um = voortdurend alius...alius = de een... de ander addidi = pf van addere intellexi = pf van intellegere scii/scivi = pf van scire se = zich se (aci) = dat hij; dat zij olim = vroeger; eens laesi = pf van laedere laedere = beledigen; kwetsen vendidi = pf van vendere neque...neque = niet... en ook niet carmen, carmina = lied; gedicht canere = zingen accidere = gebeuren certus, -a, -um = zeker; vast Tekst 26: finis, fines = grens; einde; gebied orbis, orbes = kring; cirkel meminisse (pf)+aci = zich herinneren dat meminisse (pf)+gen = zich herinneren; zich iets herinneren iuventus, -tutis (gen) = jeugd egi = pf van agere procul = ver; in de verte censere = van mening zijn praeterii = pf van praeterire praeterire = voorbijgaan ignotus, -a, -um = onbekend villa = landgoed perveni = pf van pervenire pervenire = aankomen egere +abl = nodig hebben officium = plicht; taak amplus, -a, -um = ruim; groot; belangrijk committere = toevertrouwen commisi = pf van committere frumentum = graan premere = drukkken; drukken op Tekst 27: perfeci = pf van perficere accidit = pf van accidere tremere = trillen; beven nonnulli, -ae. -a (mv){bijw, znw} = sommige; sommigen frequens, frequent = herhaaldelijk regio, regiones = streek; gebied Iovis = gen van Iupiter delere = vernielen vetus, veter- = oud rui = pf van ruere ruere = zich haasten; neerstorten; instorten unde = waarvandaan anxius, -a, -um = angstig; bezorgd nescire = niet weten necesse est = het is nodig quisque = iedereen rapui = pf van rapere rapere, rapio = roven; grijpen post+acc = achter; na post (bijw) = later vehemens, vehement- = hevig; krachtig coegi = pf van cogere cogere = bijeenbrengen; dwingen
Ingezonden op 23-09-2017 - 414x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!